18 mei 2011
KL neemt afscheid van zware cavalerie
Leopard uitgeschoten
Uit: Defensiekrant nummer 20, 26 mei 2011
Bergen Hohne Emotioneel was het moment waarop de eerste Leopard van de Feuerstellung terugreed naar de plaat. De ‘muziek’ speelde de taptoe van de Bereden Wapens toen de pantser met de schietbuis naar beneden gericht ingehouden achterwaarts rolde. Op schietterrein Bergen Hohne viel vorige week woensdag het doek voor de zware cavalerie. Adieu Leopard 2A6. Het boegbeeld van de landmacht is niet meer.
Het vierde, definitieve schot zal menig huzaar in het geheugen gegrift staan. De begintune van Band of Brothers klonk toen adjudant Gerrit Buurman van de Feuerstellung terugliep naar de plaat en de nog warme, net afgevuurde laatste hulsbodem aan Wapenoudste Generaal-majoor b.d. Jhr. J.H. de Jonge overhandigde. Die symboliek betekende het afscheid van een hoogwaardig wapensysteem en van zeer gemotiveerd personeel.
Wanneer je hem aanzette, kwam ‘ie tot leven’
In zijn toespraak liet De Jonge doorklinken dat hij de uitspraak de gevechtstank weg te bezuinigen resoluut afkeurt. Tegelijkertijd vroeg hij begrip voor de beslissing van Defensieminister Hans Hillen. Zijn oproep was aan veel tankers niet besteed. Zij zijn nog druk bezig met het verwerken van het verlies. De Leopard was een geliefd wapensysteem, de kameraadschap binnen de eenheden bijzonder hecht en de meeste mannen en vrouwen zagen dienen bij de cavalerie als een levenswijze. “Nederland is het eerste serieuze land in Europa dat zijn tanks uit de bewapening haalt”, verzucht eskadronscommandant bij 11 Tankbataljon, ritmeester Robert Buisman. “Dat is nogal wat.” Die maatregel heeft vergaande consequenties voor het betrokken personeel en voor de wijze van optreden. “De landmacht is vanaf nu niet meer in staat conform de doctrine te opereren”, constateert collega ritmeester Chiel Nieuwenhuis. “Zonder tanks zijn manoeuvres als de omvatting en doorbreking domweg onuitvoerbaar. Dit besluit heeft grote gevolgen voor de pantserinfanterie. Overigens verdwijnt met de tank ook de helft van de antitank-capaciteit.”
Bezinning
Dat voor het ‘laatste schot’ baan zes werd uitgekozen, was geen toeval. Onder leiding van de ritmeesters b.d. Maarten Korting en Wout Schoonbeek vond hier in 1981 het conformatieschieten met de toen nieuwe Leopards 2 plaats. Dat op deze plek nu het einde van een tijdperk werd gemarkeerd, bracht luitenant-kolonel Kees Koek tot een momentje van bezinning. “Ik heb hier meer dan twintig jaar herinneringen liggen.” De commandant 11 Tankbataljon RHvS mocht samen met ranggenoot Pieter van Egmond (42 Tankbataljon RHPO) de eerste schoten lossen. “Zorg wel dat het een treffer wordt, drukte Koek de bemanning op het hart. Beide granaten zaten perfect op het doel. Als derde drukte commandant Cavalerieschool de afvuurknop in. Generaal De Jonge sloot de serie af. In plaats van in de tank terug te rijden, steeg de wapenoudste uit en liep naar de plaat. Minuten later volgde ‘gelegenheidslader’ Buurman met de hulsbodem. Op de tribune pinkten enkele oudgedienden een traantje weg.
Begrafenis
Medebedenker van de ceremonie Van Egmond volgde het geheel aandachtig en zag dat het goed was. In navolging van eerder opgeheven tankbataljons moesten ook de laatste eenheden met een klap, liever dreun, gaan. “Eentje die nagalmt tot in Den Haag”, hoopt de commandant 42 Tankbataljon RHPO. “Als een soort van reminder. Weet wat je weggooit.” Na afloop stond de overste stil bij één van de mooiste momenten die hij met zijn tankers beleefde. Voor het eerst op oefenterrein GUZ Altmark kwamen de Leo’s tegenover de ontzaglijk goed getrainde Duitse Opposing Forces te staan. “Die mannen wisten niets van onze tactieken en wij niet van de hunne. Maar we walsten bij de eerste contacten bijna letterlijk over ze heen. Hadden ze nog nooit meegemaakt.”
Leven
“Deze dag voelt aan als een begrafenis”, vindt ritmeester Johnny Romein. Klinkt die uitspraak een buitenstaander iets te serieus in de oren, de gemiddelde cavalerist kent het gevoel. “Een tank is meer dan zeventig ton koud staal. Wanneer je hem aanzet, komt ‘ie tot leven’, weet de commandant Stafeskadron, 11 Tankbataljon RHvS zeker. “Vooral wanneer je soms dagen achtereen met je bemanning optrekt.”
Dat geen beperkt aantal gevechtstanks behouden blijft, vindt generaal De Jonge niet erg slim. “De kennis vloeit in vier, vijf jaar weg. Moet je opschalen, dan moet je van ‘verre’ komen en dat is onverstandig.” Overste Van Egmond sluit zich daarbij aan. “Toch moeten we niet te lang stil blijven staan. Er moet weer brood op de plank komen.”
Onderdak
Met vierhonderd jaar cavaleriecultuur als fundament lukt dat geheid. Initiatief nemen, omgaan met sterk wisselende omstandigheden, daarop kunnen anticiperen en uitdagingen oppakken zijn eigenschappen die elders ook worden gewaardeerd. Bij beide tankbataljons ligt de nadruk momenteel op het onderdak krijgen van het personeel. Dat lukt vrij aardig. “Natuurlijk voelden we het einde al aankomen”, besluit Buisman. “Maar wanneer het dan gebeurt, komt het toch nog aan als een donderslag bij heldere hemel.”
tekst André Twigt
Generaals, dames, mijne heren, geachte genodigden … huzaren.
Een speciaal welkom aan de Commandant der Landstrijdkrachten, Luitenant-generaal Bertholee. Generaal van der Louw, Commandant 43 Mechbrig en Generaal van der Laan, Commandant 13 Mechbrig. Graag verwelkom ik Kolonel van der Aker, Kolonel Opdorp, Kolonel van Hoof, LKol bd Puik en LKol bd Goldman. Oud commandanten van 11 Tankbataljon, RHvS. Voorts een warm welkom aan alle genodigden, oudgedienden van 11 Tankbataljon, 43 Tankbataljon, 41, 42 en 43 Eskadrons Zware tanks. Trouwe kameraden. Ein herzliches Willkommen für unsere Freunden aus dem Bundes Republik Deutschland. Heute angefahren aus der Feldmarschall Rommel Kaserne in Augustdorf, Unsere Kameraden von Panzerbataillon 203, die Häcketauer. Liebe Freunde ich freue mich ihr hier zu begrüssen. Leider ist ihr Kommandeur Oberstleutnant Schürer nicht dabei weil er heutzutage sein Bataillon in Afghanistan führt. Ich bedanke mich aufrecht für unsere warme und dauerhafte Patenschaft. Ich wünsche Ihn viel Glück Häcketauer. Tot slot, mijn mannen en vrouwen, huzaren, onderofficieren en officieren van 11 Tankbataljon. We zijn compleet! Voor het laatst.
Na 400 jaar zware cavalerie neemt Nederland afscheid van haar tanks. Dat is een dreun, zwaarder dan een 120mm salvo. Een klap voor hen die vroeger en nu dienden bij de tankbataljons. Daar mag je niet zomaar aan voorbij gaan. Dat doe je niet af met een borrel en een herinneringstegeltje. Dat doe je samen met alle cavalerie kameraden bijeengekomen in ons thuis, Truppenübungsplatz Bergen. In dit oefenterrein oefende ik 29 keer en nam ik deel aan 22 schietseries. Het was op deze baan waar ik op maandag 5 september 1988 als tweede luitenant voor het eerst mijn peloton Leopard I naar Feuer Halt I stuurde. In die tijd waren alle banen overvol met Amerikaanse, Engelse, Duitse, Belgische en Nederlandse eenheden die soms zelfs op de Ringstrasse stonden te wachten voordat ze de baan op konden. Het was Bergen Hohne waar ik mooie oefeningen meemaakte en waar bijna iedereen in de duisternis wel eens de weg kwijt raakte. Ik in ieder geval wel. Het was ook Bergen Hohne waar traditiegetrouw de cavalerie schietwedstrijd om de Bult Francis en de daaraan verbonden schietserieborrels werden georganiseerd. Mooie herinneringen maar ook tegenslagen, maar hoe gek het ook klinkt, eenmaal vanaf de A7 de Panzerringstrasse opgereden ben ik gelijk weer thuis. Er is daarom geen betere plek voor een afscheid als hier.
Cavalerie, afgeleid van het Latijnse Caballus, oftewel paard, ontstond zo’n 400 jaar geleden. Infanterie waren de mannen te voet. Cavalerie waren de strijders te paard en Dragonders waren de mannen die te paard verplaatsten, maar te voet vochten. De zware cavalerie kent haar oorsprong bij de geharnaste ridders te paard. Nee, dames en heren, ik zal niet alle 400 jaren cavaleriehistorie met u behandelen, ik pak de draad bij het pantserwapen, later omgedoopt tot Cavalerie, in de jaren 40 weer op. In februari 1947 werd het Regiment Huzaren van Boreel opgericht waartoe 41, 42 en 43 Zelfst Verkenningseskadron behoorden, bestemd voor Indië. In 1950 veranderde de naam Depot Vechtwagens in Regiment Huzaren Prins Alexander met het vierde bataljon zware tanks (toen het enige tankbataljon). Dankzij Amerikaanse steun kreeg Nederland de Chaffee en Shermantank. Op 1 oktober 1952 werd het regiment huzaren van Sytzama opgericht waaronder 41, 42 en 43 Esk Zware Tanks vielen. De Shermantank werd in 1954 ingewisseld voor de Engelse Centurion Tank. Omdat de stalen tracks alle wegen beschadigden moesten de tankeenheden voortaan uitwijken naar oefenterreinen vooral buiten Nederland zoals Vogelsang in Duitsland en La Courtine in Frankrijk. In 1954 reizen de tankers voor het eerst naar de schietbanen in Bergen Hohne. Vanwege internationale uitwisselingen gold vanaf die tijd een gezamenlijke schiettechniek, die tot de dag van vandaag bestaat. Begin jaren 60 werd een deel van de Centuriontanks vervangen door de veel lichtere Franse AMX. In die tijd bestond het 1e NL Legerkorps uit 5 divisies waarvan de 1 en 4 divisie paraat waren. Door de snelle opbouw van De NAVO verschoof de verdedigingslinie meer op naar het oosten tot uiteindelijk de ELBE en het ELBE Seitekanaal. In die open vlakten was meer behoefte aan tanks. Daarom werden achtereenvolgens opgericht: 101 Tkbat in Amersfoort, later Soesterberg, weer later in Seedorf. 41, 42 en 43 Esk Zware tanks werden op 6 januari 1958 omgedoopt tot 11 Tankbataljon RHVS in Oirschot. 1 februari 1963 werd in ’t Harde 43 Tankbataljon opgericht. In maart 1963 werd het 4de bataljon zware tanks omgedoopt tot 41 Tkbat RHPA. Om sneller te kunnen reageren op een aanval van het Warschaupact werden 41 en 43 Tkbat respectievelijk in Hohne en Langemannshof in Duitsland gelegerd. In 1970 kreeg het B eskadron van 11 Tkbat als eerste NL eenheid de beschikking over de Leopard I. Tot slot werd in 1975 102 Verkbat omgedoopt tot 59 Tkbat Boreel in ’t Harde. Omdat de binding van de tankers met Boreel niet groot was werd op 13 januari 1981 het RHPO opgericht. Nederland beschikte nu over 5 tankbataljons. In 1983 stroomde Leopard II tank in bij 41 en 43 Tkbat.
In 1989 viel de Berlijnse muur en daarmee de dreiging vanuit het Oosten. Dat leidde, mede ingevoerd door financiële problemen, in 1993 tot de opheffing van 41, 43 en 59 Tkbat. 11 en 101 bleven over. Door een herschikking van de Nederlandse gevechtskracht werd de 43 Mechbrig opgericht. Daarmee was weer behoefte aan een derde tankbataljon. 42 Tkbat, RHPO zag het levenslicht. Wederom ingegeven door bezuinigingen werd de 41 Mechbrig in Seedorf en daarmee 101 Tkbat opgeheven. De eskadrons werden ondergebracht bij 11 en 42 die elk nu drie eskadrons hadden. Het wordt eentonig maar wederom ingegeven door bezuinigingen werden de C eskadrons van 11 en 42 opgeheven en op 8 april jl. werden die laatste stabiele tankbataljons aangewezen als eerste bezuinigingsoffer.
Collega van Egmond gaat er straks nader op in, maar toch wil ik kort de volgende vraag beantwoorden: “Wat maakt die Cavaleristen zo bijzonder en wat zal Nederland binnenkort gaan missen?” Natuurlijk, we zijn hier met een kleine 900 gelijkgestemden, toch is het goed om onze sterke punten nog eens te benadrukken. Bescheidenheid is nooit ons sterkste punt geweest. Weliswaar kregen we soms het predicaat dom, dapper en deftig, maar dat stamt uit de tijd dat we in donkerblauwe blazer met een hete aardappel in de keel in de namiddag een sherry wegnipten aan de bar. Die tijd is voorbij. Vaak was het ook ingegeven uit jaloezie voor de krachtige tank en de onverbrekelijke saamhorigheid binnen het wapen. Na de oorlog gaf de toenmalige Minister van Oorlog Fievez, de naam Cavalerie aan het Pantserwapen. Hij sprak daarbij de woorden: “Ik heb het voorrecht gehad bij alle wapens te dienen, bij de infanterie, bij de cavalerie, bij de wielrijders en bij de vloot. De cavalerie is niet mijn wapen, maar daarbij heb ik aangetroffen een veel sterkere band tussen soldaten, kader en officieren dan waar ook. Dit is de reden, waarom ik de naam cavalerie weer heb ingevoerd.” En ziedaar het eerste unieke van de cavalerie: de liefde voor de tank en de oefeningen die ermee worden uitgevoerd verbindt de bemanningen en leidt op natuurlijke wijze tot een hoge mate van zelfdiscipline en uiterste zorg voor de tank. De tank is ons paard en die vertroetel je. Ten tweede dwingt het werken met de tank tot anticiperen, vooruitdenken, denken in langere tijd en grote ruimten. Dat maakt ons uniek en is een sterke aanvulling op de Infanterie. Tot slot bescherming. De tank is effectief op grote afstand verder dan 3 km en met de uitstekende nacht- en dagzichtapparatuur ook nog eens 24 uur per dag. Deze kwaliteiten zijn gebundeld in 60 ton pantser dat ogenschijnlijk lichtvoetig door elk terrein kan verplaatsen. Onmisbare bescherming voor de infanterie. Met de opheffing van dit wapen verliest Nederland een vuist en de infanterie zijn twee-eiige tweelingbroer. We waren niet gelijk maar we voelden en vulden elkaar prima aan. Mannen en vrouwen van 11 en 42 Tankbataljon jullie behoren tot een apart slag militair volk. Wat ouder dan de gemiddelde militair, goed opgeleid, gedisciplineerd en met een gezonde dosis lef. Daarmee kan je onze collega manoeuvre eenheden versterken, maar ook buiten Defensie zitten bedrijven op zulke kanjers te wachten. Het ga jullie goed.
Door het juiste te doen vreest gij niemand.
Generaals, Kolonels, Regimentsgenoten, dames en heren
Allereerst een speciaal welkom voor de oud-Regimentscommandant van het Regiment Huzaren Prins van Oranje, Kol bd Bolderman; en oud BC 42 Tankbataljon Kol Leuvering, … en natuurlijk een warm welkom voor de oudgedienden van het 2e Regiment Huzaren, 59 en 42 Tankbataljon. Ein herzliches Willkommen für unsere Kameraden von 93 PanzerLehrbataillon aus Münster, nicht weit von hier. Kommandeur Walter Schulte ich will Ihnen und das ganze PzLbtl bedanken für die Jahren von Freundschaft und Kameradschaft als Patenschaft Btl von 42 Panzerbataillon. Ich bedanke mich Für die Übungen, Weiterbildungen, Sportveranstaltungen und Feier die unsere Bataillons, oder Teile davon zusammen, während die lange Jahren von unsere Patenschaft durchgeführt haben. Ich wünsche Ihnen und das ganze Btl viel Glück für die Zukunft und Spezial bei Ihren Einsatz diese Sommer in Kunduz!
Nadenkend over een passende ceremonie om een tijdperk af te sluiten, waren de eerste gedachten om dat hier op de Truppen Ubungsplatsz Bergen-Hohne te doen, met een “laatste schot”, dit in navolging van 43 Tankbataljon op baan 9 op 12 feb 1992 en 59 Tankbataljon op baan 20 op 16 november 1993 en 41 Tankbataljon op 17 februari 1994, 101 Tankbataljon op baan 8a op 5 november 2005.
Op het moment dat je moet gaan uitleggen aan een buitenstaander wat de Cavalerie, in het bijzonder de tank, betekent dan is toch het eerste wat bij je opkomt: vuurkracht. En als je dan als Krijgsmacht je tanks verliest, het boegbeeld van de Landmacht, dan gaan we weg met een klap, een dreun. Een schot die ieder nog zal kunnen herinneren als we hier later nog eens aan terugdenken, maar ook een dreun die nagalmt tot in Den Haag als een soort van reminder: weet wat je weggooit …!
Daarom staan we nu hier, tezamen met 11 Tankbataljon, op 18 mei 2011, baan 6, een gevechtsschietbaan, waar iedere tanker, hier aanwezig, heeft geschoten, zoals Overste Koek ook memoreerde.
Vandaag 18 mei markeert het einde van een tijdperk van bijna 400 jaar zware Cavalerie. Het betekent vandaag ook het einde van een carrière voor alle actief dienende cavaleristen bij de Tankregimenten. Het markeert voor ons een nieuw begin binnen de Krijgsmacht of daarbuiten. Daarom ook staan we hier niet alleen met het personeel van de 2 tankbataljons aangetreden, maar met 2 Tank-Regimenten. Deze gebeurtenis treft iedere tanker binnen en buiten de bataljons. Ik waardeer de aanwezigheid van zoveel collega’s van Boreel en Alexander daarom ook des te meer.
Zonder een hoofdstuk goed af te sluiten en dat is wat we vandaag doen, is het moeilijk om de blik vooruit te richten en toch zullen we dat allemaal moeten doen. Het leven gaat verder.
Voor de Landmacht betekent het niet alleen afscheid nemen van tanks, maar ook afscheid nemen van een cultuur, zoals ieder wapen of dienstvak zijn eigen cultuur heeft. Met cultuur bedoel ik in dit geval niet onze tradities, maar onze militaire mindset die gevormd is door onze wijze van optreden en door ons materieel. Ook al is de rol van de cavalerie langzaam veranderd door de aard van de conflicten, het denken van de cavalerist, de mindset, is dat niet en kun je in algemene zin typeren met een aantal steekwoorden:
Offensief denken, snelheid in denken en doen, initiatief nemen, onderkennen van windows of opportunity, het kunnen omgaan met sterk wisselende omstandigheden en daarop kunnen anticiperen, uitdagingen oppakken, eerst het paard, dan de man, en blijven leren en ontwikkelen.
Kijkend naar de taken en opdrachten die de tankbataljons de afgelopen 20 jaar hebben uitgevoerd is er ook een enorme verbreding gekomen in het takenpakket. Bataljons op uitzending in Bosnië hadden weliswaar hun tanks bij zich, maar over het algemeen werd er uitgestegen opgetreden. De Tankbataljons zijn in Irak en Afghanistan zonder tanks ingezet in de meest uiteenlopende rollen: Als Close of Force protection teams, als Battle group Staf, PRT’s, Infanterie taken, support detachementen en natuurlijk als verkenners.
De opleidings en opwerktrajecten binnen de bataljons waren daar ook op afgestemd.
Naast het tankoptreden was er veel aandacht voor uitgestegen taken, inclusief het optreden in verstedelijkt gebied, Stabilisatie Operaties werden bereden en uitgestegen beoefent, inclusief Cordon en Search operaties.
Vanuit de verschillende uitzendgebieden leidde de inzet van de cavaleristen tot een stroom aan dankbetuigingen en waarderingen, die ik persoonlijk, als Bataljonscommandant, vele malen van commandanten in het veld mocht ontvangen voor de prestaties van tankers onder hun bevel.
Zowel met als zonder tanks hebben de bataljons geoefend in de winter binnen de poolcirkel met temperaturen tot 35 graden onder nul, maar ook te voet en met helikopters, zoals in maart dit jaar nog in Noord-Noorwegen door het B Eskadron van 42 Tankbataljon.
Nu er geen emplooi meer is binnen de tankbataljons zullen velen van u werk vinden binnen andere wapens en dienstvakken van de Landmacht. U zult daar met uw Cavalerie mindset een aanwinst zijn en ik hoop dat u die mindset ook uitdraagt. Ik heb daar alle vertrouwen in en dat vertrouwen wordt nog eens versterkt door het feit dat binnenkort drie Luitenant-kolonels van de Cavalerie commandant zullen worden van zowel 11 Infanteriebataljon (Air Assault), 44 Painfbat en 45 Painfbat.
Het afschaffen van de Zware Cavalerie zal grote invloed hebben op de wijze van optreden van onze Landmacht, op het oefenen in teamverband, of op Battle group niveau voor met name het optreden binnen het hoogste geweldspectrum.
De capability Gap die ontstaat, zal niet altijd gedicht kunnen worden door de beperkte Vuursteunmiddelen, de schaarse MRAT capaciteit, gevechtshelikopters of F16s. Voorschriften en doctrines zullen herschreven moeten worden en de ambitie zal naar beneden moeten worden bijgesteld. Toch ben ik ervan overtuigd dat u binnen deze veranderende KL uw plaats weet te vinden en een waardevolle bijdrage kunt leveren in de nabije toekomst.
Ik ben er trots op gediend te mogen hebben bij zowel 43 Tankbataljon, Regiment Huzaren van Sytzama als 42 Tankbataljon RHPO en ben er trots op uw Regimentscommandant te zijn.
Dank u voor uw aandacht!
Voor het vervolg van dit bijzondere appèl:
U zult zo meteen getuige zijn van de laatste schoten van de beide Tank-Regimenten, aansluitend het laatste schot van de Cavalerieschool.
Tenslotte zal de Wapenoudste Generaal-Majoor de Jonge het laatste Tankschot van de Cavalerie afvuren.